De koffers staan alweer opgeborgen op zolder. De zon op zijn huid is vervangen door de grijze lucht boven zijn woonplaats.
Toch kijkt Bart (38) met een glimlach terug op die paar dagen in Spanje. “Niet omdat het zo luxe was hoor – integendeel. Maar ik had het even zó hard nodig.”
Bart leeft al jaren van een bijstandsuitkering. Niet uit gemakzucht, zoals sommige mensen al snel lijken te denken, maar omdat zijn lichaam niet meer meewerkt.
“Chronische rugklachten, een burn-out die is doorgeslagen naar een langdurige depressie… er is weinig dat ik niet geprobeerd heb. Van re-integratieprojecten tot intensieve therapie. Maar mijn belastbaarheid blijft laag.”
En toch wist hij dit voorjaar een paar dagen op vakantie te gaan. Zon, rust, even geen loket, geen formulieren, geen gesprekken met instanties of het UWV. Gewoon ademhalen. “En weet je wat het gekke is? Ik heb geen moment écht kunnen genieten. Omdat ik wist wat mensen zouden zeggen als ze erachter kwamen.”
Vakantiegeld en oordelen
Bart ontvangt vakantiegeld, net als mensen in loondienst. “Het is wettelijk geregeld. Mensen denken vaak dat alles wat ik krijg ‘gratis’ is. Maar dat geld is onderdeel van de regeling, niet een bonus die ik uit de lucht laat vallen.”
Toch voelt het voor hem alsof hij zich moet verantwoorden. “Want zodra je zegt dat je een uitkering hebt en op vakantie gaat, lijkt iedereen ineens een mening te hebben. En die is zelden vriendelijk.”
Hij vertelt hoe hij zijn reis betaalde: “Ik heb mijn vakantiegeld gespaard, mijn neef woont in Spanje en bood me een slaapplaats aan, en ik vloog met een low budget-maatschappij. Alles bij elkaar kostte het me minder dan een weekje op een camping.”
Maar dat maakt volgens hem voor de buitenwereld niks uit. “Er wordt meteen geoordeeld. ‘Waarom zit jij lekker op het strand terwijl ik werk voor mijn centen?’ Dat soort dingen hoor je, of voel je.”
Het leven in de bijstand: geen pauze van de stress
Wat veel mensen volgens Bart niet begrijpen, is dat het leven in de bijstand niet automatisch betekent dat je je dagen lui doorbrengt. “Het is overleven. Constant plannen, rekenen, formulieren invullen, verantwoorden, schaamte voelen. Elke maand de rek maken: wat kan ik nog betalen? Waarop moet ik besparen? Het is stress, altijd stress.”
De vakantie was voor hem geen luxe-uitspatting, maar een manier om even op adem te komen. “Ik merk het verschil nu al. Minder piekeren, meer energie, betere nachtrust. Hoe gek het ook klinkt: die paar dagen hebben meer gedaan dan maanden therapie. Even geen zorgen. Dat is iets wat iedereen soms nodig heeft.”
Waarom zoveel onbegrip?
Volgens Bart ligt het probleem in het beeld dat mensen hebben van uitkeringsgerechtigden. “We zijn lui, profiteren van het systeem, doen niets voor de maatschappij. Dat beeld wordt gevoed door nieuwsverhalen, politiek, en sociale media. Maar ik ken bijna niemand in mijn omgeving die niet keihard z’n best doet om eruit te komen.”
Hij werkt zelf af en toe als vrijwilliger bij een kringloopwinkel, helpt een buurvrouw met boodschappen, en is mentor van een jongen met autisme. “Dat werk zie je niet terug op een loonstrook, maar het betekent wel iets. Ik draag heus mijn steentje bij.”
Wat hem vooral pijn doet, is dat hij zich constant moet verantwoorden voor elke cent die hij uitgeeft. “Als iemand in loondienst een nieuwe telefoon koopt, wordt dat gezien als beloning voor hard werken. Als ik dat zou doen, word ik bekeken alsof ik fraude pleeg.”
Een simpele vraag: mag ik even gelukkig zijn?
De vakantie was voor Bart geen vlucht, maar een herstelmoment. Hij had het geld, hij had de gelegenheid, en bovenal: hij had het nodig. “En toch durfde ik geen foto’s te posten. Want ik wist: de eerste opmerking is niet ‘wat fijn voor je’, maar: ‘waar haal jij het lef vandaan?’.”
Hij zucht even diep. “Alsof ik alleen nog besta om bescheiden te zijn. Alsof ik geen mens meer ben met verlangens. Alles moet verantwoord worden, elke uitgave, elke keuze.
Maar niemand vraagt ooit: ben je oké? Heb je even iets voor jezelf gedaan? Voel je je weer een beetje mens?”
Tijd voor meer menselijkheid
Volgens Bart is het tijd dat we anders naar mensen in de bijstand kijken. Niet als fraudeurs of profiteurs, maar als mensen. “Met zorgen, ja. Maar ook met wensen, dromen en de behoefte aan een beetje rust.”
Hij ziet het ook in de reacties van anderen met een uitkering. “Zoveel mensen die zeggen: ‘Ik durf echt niet te gaan, bang dat iemand me aangeeft.’
Of: ‘Ik heb mijn vakantiegeld maar gebruikt voor de energierekening, want dan stelt niemand vragen.’ Dat is toch triest? Je leeft op overlevingsstand en je voelt je nog schuldig ook als je iets fijns doet.”
Zijn boodschap is duidelijk. “Gun mensen hun momenten van geluk, hoe klein ook. Niemand kiest ervoor om ziek te zijn, om zonder werk te zitten, om afhankelijk te zijn van een systeem dat je constant wantrouwt.
En als er dan eens ruimte is voor iets leuks, iets normaals… oordeel dan niet meteen. Vraag liever: ‘Was het fijn?’ Dat maakt een wereld van verschil.”